słownik polsko - niderlandzki

język polski - Nederlands, Vlaams

jasne po niderlandzku:

1. duidelijk duidelijk


Ik denk dat ik niet duidelijk genoeg ben geweest.
Het was duidelijk dat ze gelogen hadden.
Spreek alsjeblieft zo duidelijk mogelijk.
Duidelijk.
Wat goed bedacht is wordt duidelijk gezegd, en de woorden om het te zeggen komen gemakkelijk.
De vorige e-mail die ik stuurde was waarschijnlijk niet duidelijk. Je moet niets bevestigen.
Ik weet niet hoe ik dat moet bewijzen, aangezien het zo duidelijk is!
Het was voor iedereen duidelijk dat het huwelijk vroeg of laat op een scheiding zou uitdraaien.
Hij maakte zijn bedoeling duidelijk.
Ik probeerde hem duidelijk te maken dat wij niet verantwoordelijk waren voor zijn fout, maar hij wilde niet luisteren.
Laten we duidelijk maken wat waar is en wat niet waar.
Ik hou er niet van als wiskundigen die veel meer weten dan ik hun gedachten niet duidelijk kunnen uitdrukken.
Ik heb altijd gedacht dat een hartinfarct de manier van de natuur was om u duidelijk te maken dat ge moet sterven.
Zijn uitleg is niet duidelijk.
Jiro Tora heeft duidelijk gezegd dat hij van mij houdt.

2. helder helder


De maan was helder vorige nacht.

3. Zeker Zeker


Zeker.
Niemand kon zeker weten wat er dan zou gebeuren.
U heeft een dure smaak! riep de verkoopster uit. "Weet u zeker dat u niet eerst onze goedkopere varianten wilt doorkijken?"
Weet jij waar mijn sleutel is? Ik zie hem nergens. "Dan kijk je zeker met je neus, want hij ligt gewoon op tafel."
Ik weet zo één, twee, drie niet waar ik het heb gelaten, maar ik weet zeker dat ik het vandaag nog in mijn handen heb gehad.
Eten met een gezin in Peking, skilopen met een goede vriend in Polen, met een hartsvriendin in Belgrado wonen - dat zou ik zeker niet gedaan hebben zonder Esperanto.
Morgen gaan alle goederen zeker naar de bestellers.
Ga zeker onmiddellijk naar daar.
Er is slechts één plaatsje in het heelal dat je zeker kan verbeteren en dat is jezelf.
Ik heb het zeker gezegd, maar dat was niet wat ik wou zeggen.
Als je als antwoord op een vraag zegt "misschien!" dan betekent dat "zeker!".
Ik weet dat je denkt dat je hebt begrepen wat je dacht dat ik gezegd heb, maar ik weet niet zeker of je je wel gerealiseerd hebt dat wat jij gehoord hebt niet is wat ik bedoelde.
Ge hebt maanden hard gewerkt, en ge verdient zeker een vakantie.
Eens droomde Zhuangzi dat hij een vlinder was, maar toen hij wakker werd, was hij niet zeker of hij Zhuangzi was die gedroomd had een vlinder te zijn, of dat hij een vlinder was die nu droomde Zhuangzi te zijn.
Ik denk dat hij gaat komen, maar ik ben niet heel zeker.

4. jazeker jazeker



Niderlandzkie słowo "jasne" (jazeker) występuje w zestawach:

holenderskie słówka