Tworzenie czasu przeszlego niergularnego

 0    18 fiszek    pastarajs
ściągnij mp3 drukuj graj sprawdź się
 
Pytanie Odpowiedź
bijten - gryzc
rozpocznij naukę
beet/beten / gebeten (hebben)
blijven - zostac
rozpocznij naukę
bleef//bleven; gebleven (zijn)
drijven- dryfowac
rozpocznij naukę
dreef\ dreven; gedreven (hebben, zijn)
hijsen - wciagac, podciagac
rozpocznij naukę
hees/hesen; gehesen (hebben)
kijken - patrzec
rozpocznij naukę
keek/keken; gekeken (hebben)
knijpen - szczypac
rozpocznij naukę
kneep\ knepen; geknepen (hebben)
krijgen - dostawac
rozpocznij naukę
kreeg/kregen; gekregen (hebben)
lijden - cierpiec
rozpocznij naukę
leed/ leden; geleden (hebben)
lijken - byc podobnym/wydawac sie;
rozpocznij naukę
leek/leken; geleken (hebben)
rijden- jeździć
rozpocznij naukę
reed/reden; gereden (hebben; zijn)
schrijven - pisac
rozpocznij naukę
schreef/schreven; geschreven (hebben)
snijden - kroic; ciac
rozpocznij naukę
sneed/sneden; gesneden (hebben)
spijten; zalowac; przepraszac
rozpocznij naukę
speet/ speten; gespeten (hebben)
strijken - prasowac
rozpocznij naukę
streek/streken; gestreken (hebben)
verdwijnen - znikac, zniknal
rozpocznij naukę
verdween/verdwenen; verdwenen (zijn)
wijzen - wskazywac
rozpocznij naukę
wees/wezen; gewezen
zwijgen - milczeć
rozpocznij naukę
zweeg/zwegen; gezwegen (hebben)
glijden - slizgac sie
rozpocznij naukę
gleed/gleden; gegleden (hebben/zijn)

Musisz się zalogować, by móc napisać komentarz.