słownik brazylijsko portugalski - niderlandzki

Português brasileiro - Nederlands, Vlaams

brincos po niderlandzku:

1. speelgoed speelgoed


Dit stuk speelgoed is van hout.
Als je dat waterpistool wilt hebben, moet je er zelf maar voor sparen. Ik kan geen speelgoed voor je blijven kopen. Het geld groeit niet op m'n rug.