słownik arabsko - niderlandzki

العربية - Nederlands, Vlaams

واسع po niderlandzku:

1. ruim


de jurk zit me te ruim
Ruim drieduizend mensen hebben hun handtekening gezet om de sloop van dit historische pand tegen te houden.
Om een situatie als vorig jaar, toen er een pekeltekort was, te voorkomen, hebben veel mensen nu al ruim voor de eerste vorst een voorraadje strooizout ingeslagen.
Ruim a.u.b. dat vaatwerk daar op.

2. breed


Hoe breed is deze rivier?
De gang moet breed genoeg zijn om een rolstoel door te laten.

3. los


Ze liet de hand van de jongen los.
Uw veters zijn los.
Er zit een schroefje los bij die vent!
Toen zij in Los Angeles was, had ze minstens zes verschillende baantjes.
Los het raadsel op dat schuil gaat achter de moord.
's Nachts viel er een flink pak sneeuw. De volgende morgen verschenen op de straten oma's met kleinkinderen op sleetjes, en 's middags na schooltijd barstten in het park de sneeuwballengevechten los.
Haar hak kwam los.
... Hé, hé jullie twee, gaan alle hekken los als je weet dat ik trakteer?
Hij schopte zijn schoenen uit zonder eerst de veters los te maken.