słownik angielsko - niderlandzki

English - Nederlands, Vlaams

trace po niderlandzku:

1. spoor spoor


We moesten rennen om onze overstap te halen. Om twee voor half drie kwamen we aan op spoor één, en om één over half zou onze trein vertrekken van spoor achttien.
Neem om het even welke trein op spoor 5.

Niderlandzkie słowo "trace" (spoor) występuje w zestawach:

48. Crime (2)

2. speuren



Niderlandzkie słowo "trace" (speuren) występuje w zestawach:

2 - Nederlands in gang A2

3. nagaan waar het vandaan komt



Niderlandzkie słowo "trace" (nagaan waar het vandaan komt) występuje w zestawach:

Of course! 6vwo U6 EN-NL