słownik polsko - niderlandzki

język polski - Nederlands, Vlaams

Medycyna po niderlandzku:

1. geneeskunde geneeskunde


De nieuwste vorderingen van de geneeskunde zijn merkwaardig.

Niderlandzkie słowo "Medycyna" (geneeskunde) występuje w zestawach:

Dat wist ik nog niet. Wat zijn de toelatingseisen?
beetje dutch

2. geneesmiddel geneesmiddel


De waarheid is als een geneesmiddel. En daarom heeft ze ook bijwerkingen.
Dit geneesmiddel zal u helpen.
Het effect van het geneesmiddel was bewonderenswaardig.
Volgens mij brengt pure meditatie je meer tot rust dan eender welk geneesmiddel.
Ik heb een voorschrift voor dat geneesmiddel.

Niderlandzkie słowo "Medycyna" (geneesmiddel) występuje w zestawach:

hoofdstuk 12

3. medicijn medicijn


Dit medicijn smaakt bitter.
Slachten is het beste medicijn.